Dit recept heeft zeker drie dingen om mij af te stoten: wokken, paksoi en snelheid. Toch heb ik het zelf verzonnen. En vond ik het nog lekker ook. Verrassend, dus. En so very Rubriek van de Moderne Vrouw.
Doe me een plezier, laat het citroengras niet weg. (Wist je dat je citroengras perfect kan invriezen en dat zo’n stengel uit de diepvriezer praktisch onmiddellijk klaar is voor gebruik?)
Voor 2 à 3 personen:
1 krop paksoi, alleen het groen, in reepjes gesneden (de nerven heb ik ingevroren voor bouillon)
40 g (1 pakje) gedroogde bospaddenstoelen (een bakje verse is natuurlijk nog beter)
250 g noodles (ik wou sobanoodles gebruiken, maar had alleen volle-rijstnoodles en die werkten ook)
250 g gerookte tofu, in blokjes gesneden (best die lekkere met zonnebloempitten van Demeter)
2 teentjes knoflook
1 stengel citroengras, het dikke stuk, in dunne ringetjes gesneden
½ theelepel gedroogde gember of 1 theelepel verse, geraspt
1 à 2 eetlepels sesamzaad (ik nam er twee, met bergje zelfs, maar ik eet ook wel heel graag sesam)
Sojasaus (tamari of shoyu)
Vissaus (vegetariërs kunnen dit weglaten en gewoon zout gebruiken in de plaats)
Sesamolie (gewone, geen geroosterde-sesamolie)
Eventueel wat citroen of limoen
Hoe?
- Laat de paddenstoelen twintig minuten weken in heet water, giet ze af, spoel ze af en droog ze af (je bent geneigd om dat laatste over te slaan, maar ‘t is toch niet onbelangrijk als je lekker wilt wokken, denk ik).
- Rooster de sesamzaadjes in een droge pan tot ze een beetje bruinen en hou ze opzij.
- Verhit een flinke scheut olie in de wok, voeg eerste de paddenstoelen toe, dan het citroengras, de knoflook en gember, dan de paksoi en ten slotte de tofu. Telkens kort roerbakken terwijl je de temperatuur lekker hoog houdt.
- Kook intussen de noodles volgens de instructies op de verpakking en roer ze na de tofu in de wok (vuur afzetten).
- Breng alles op smaak met sojasaus, vissaus en eventueel wat citroen- of limoensap. Strooi er de sesamzaadjes over.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten